Overslaan en ga direct naar de inhoud

Een gesprek met Wolfgang Bauer van Galerie Bel Etage in Wenen

Stand Galerie Bel Etage, TEFAF Maastricht.
Stand Galerie Bel Etage, TEFAF Maastricht.

Wie Wiener Jugendstil zegt, zegt Bel Etage. Wolfgang Bauer, oprichter van deze Weense galerie, zette de invloedrijke Oostenrijkse kunststroming internationaal opnieuw op de kaart.

Bauer, ‘Ich bin ein richtiger Wiener’, staat Residence bevlogen te woord vanuit de hoofdvestiging van Bel Etage. Deze bevindt zich in een majestueus negentiende-eeuws pand aan de Mahlerstrasse, vlak bij de Wiener Staatsoper, een van de belangrijkste operahuizen ter wereld. De tweede zaak ligt even verderop aan de Dorotheergasse, niet ver van veilinghuis Dorotheum en daarmee midden in de antiekwijk.

Vooruitgang door schoonheid
De collectie bestaat uit meubels, interieur- en kunstobjecten van de Wiener Jugendstil, die zijn hoogtepunt tussen 1897 en 1914 beleeft. Adolf Loos en Otto Wagner zijn evenals hun leerlingen rijkelijk vertegenwoordigd, net als Koloman Moser en Josef Hoffmann. Beiden behoren in 1903 tot de oprichters van de Wiener Werkstätte, de wereldberoemde werkplaats voor toegepaste kunst. Aan Hoffmann (1870-1956) is dit jaar in het Weense MAK een grootse overzichtstentoonstelling gewijd: Fortschritt durch Schönheit. Het Museum für Angewandte Kunst had geen betere titel kunnen kiezen. Want met zijn strak gestileerde, geometrische ontwerpen, die hem zelfs de bijnaam Quadratl-Hoffmann opleveren, wilde de architect en ontwerper behalve schoonheid ook esthetische en sociale vooruitgang brengen. ‘Hij was een pionier en visionair,’ zegt Bauer, die voor de expositie meesterwerken uitleende aan het MAK. ‘Daarnaast droeg hij als docent zijn gedachtegoed aan veel studenten over, maar hij leende ook graag hun ideeën. Er was dus sprake van een wisselwerking.’

Salonkast, ontworpen door Koloman Moser, Wenen, 1901. Gemaakt door J. W. Müller of Wenzel Hollmann, Wenen.
Salonkast, ontworpen door Koloman Moser, Wenen, 1901. Gemaakt door J. W. Müller of Wenzel Hollmann, Wenen.
Kunsthandelaar Wolfgang Bauer, eigenaar van Galerie Bel Etage in Wenen, naast een houten sculptuur van Stephan Balkenhol.
Kunsthandelaar Wolfgang Bauer, eigenaar van Galerie Bel Etage in Wenen, naast een houten sculptuur van Stephan Balkenhol.

Jugendstil
Hoe is de Wiener Jugendstil eigenlijk ontstaan? Rond 1900 raakt Europa op tal van terreinen op drift. Dat geldt ook voor Oostenrijk. Terwijl de macht van het Grote Habsburgse Rijk scheuren begint te vertonen, ontwikkelen Weense wetenschappers, schrijvers, architecten, componisten en beeldend kunstenaars allerlei moderne opvattingen en ideeën. Joodse intellectuelen zijn hierbij van grote betekenis. Door de vele kruisbestuivingen groeit Wenen al snel uit tot een van de meest vooruitstrevende cultuurcentra in de Europese kunstgeschiedenis. Daarbij is een hoofdrol weggelegd voor de Wiener Jugendstil. Dat gaat niet zonder slag of stoot. ‘Pronkzuchtige burgers waren toen nog in de ban van het negentiende-eeuwse historicisme, een stroming die terugblikt op vroegere stijlen,’ licht Bauer toe. ‘Zij waren in shock toen zij het sobere tentoonstellingsgebouw zagen dat Josef Maria Olbrich had ontworpen voor de Sezession, een groep progressieve kunstenaars die zich in 1897 had afgescheiden van de traditionele Weense kunstvereniging. Ook de meubels van Josef Hoffmann, de zilveren gebruiksvoorwerpen van Koloman Moser, het glaswerk van Lötz Witwe en het keramiek van Michael Powolny veroorzaakten ophef.’

Het is architectuur en toegepaste kunst waarbij functionaliteit vooropstaat, overbodige versieringen plaatsmaken voor een strakke belijning en die een ongekende schoonheid uitstralen. De Wiener Jugendstil, of Wiener Sezession, slaat wel aan bij de ruimdenkende Joodse elite. De families Wittgenstein, Ast, Primavesi en Gallia, die hun fortuin als bankier of ondernemer hebben verworven, verlenen architecten en kunstenaars veel opdrachten. Vaak in de vorm van een Gesamtkunstwerk, waarbij architectuur, inrichting én huisraad tot een harmonieuze eenheid versmelten. Alles uitgevoerd in kostbare materialen. Perfecte voorbeelden hiervan zijn in Wenen te vinden, zoals een aantal woonhuizen in de buitenwijk Hütteldorf. Ook Sanatorium Purkersdorf, net buiten de hoofdstad, verwierf wereldfaam. Het onbetwiste hoogtepunt staat in Brussel: het Stocletpaleis. Dit uit geometrische vormen opgebouwde marmeren woonhuis van de Belgische bankier Alphonse Stoclet is tot in de kleinste details door Hoffmann ontworpen. Daarbij liet hij zich bijstaan door kunstenaars van de Wiener Werkstätte, zoals Carl Otto Czeschka, Gustav Klimt en duizendkunstenaar Moser. Het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog en de val van de Oostenrijkse keizerlijke monarchie zetten het einde in van de Wiener Jugendstil. Bauer: ‘Daarmee kun je deze kunststroming als een modernistische zwanenzang zien.’

Fascinatie
Bauer heeft als kunsthandelaar en expert een lange weg bewandeld. Waar komt zijn fascinatie voor de Wiener Jugendstil vandaan? ‘De kiem voor mijn loopbaan is in mijn jeugd gelegd. Mijn ouders waren meesterklokkenmakers. Door hen kan ik nauwkeurig naar details kijken. Daarnaast leerde ik van mijn grootvader, een meestermeubelmaker, wat puur vakmanschap inhoudt en kostbare, mooi bewerkte materialen waarderen.’ Als student struint hij vlooienmarkten af ‘op zoek naar mooie, oude tweedehands spullen’, begint een winkel, en breekt hiervoor zijn universitaire studie werktuigbouwkunde af. Via een vriend die over een uitzonderlijke collectie Wiener Jugendstil én over een uitstekende bibliotheek beschikt, ontdekt hij deze kunststroming en besluit zich hierin te specialiseren. Bauer vol geestdrift: ‘Het moderne en tegelijkertijd tijdloze karakter ervan spreekt mij enorm aan, evenals de uitzonderlijke kwaliteit van de meubels, interieur- en kunstobjecten. Het is ongekend wat de leden van de Wiener Werkstätte hebben voortgebracht. In elk stuk herken je het buitengewone ontwerp van de kunstenaar, evenals het superieure vermogen van de ambachtsman om dit uit te voeren. Daardoor kan bijvoorbeeld uit een ontwerpschets voor een sieraad een bezield object ontstaan dat een enorme kracht uitstraalt.’ Toch bestaat er bij antiekhandelaren in de jaren zeventig weinig waardering voor de Wiener Jugendstil. Zij leggen zich liever toe op de renaissance-, barok- en biedermeierstijl. Bauer: ‘Daarom was het voor mij mogelijk om me in deze niche te positioneren. Bovendien waren de prijzen toen nog zeer laag. Dat is in de loop der tijd sterk veranderd. Midden jaren tachtig werd bijvoorbeeld een zilveren vitrinekast van Carl Otto Czeschka in Londen geveild voor ongeveer zeventigduizend euro. Datzelfde meesterwerk is onlangs aan een Amerikaans museum verkocht voor tientallen miljoenen euro’s.’

Zilveren theeset, ontworpen door Josef Hoffmann, Wenen, 1922. Gemaakt door Wiener Werkstätte.
Zilveren theeset, ontworpen door Josef Hoffmann, Wenen, 1922. Gemaakt door Wiener Werkstätte.
Stoel uit het Weense appartement van Moritz Gallia. Ontworpen door Josef Hoffmann, Wenen, 1913. Gemaakt door Wiener Werkstätte.
Stoel uit het Weense appartement van Moritz Gallia. Ontworpen door Josef Hoffmann, Wenen, 1913. Gemaakt door Wiener Werkstätte.

TEFAF
Met de opening van Galerie Bel Etage in de deftige Mahlerstrasse zet de Weense kunsthandelaar in 1980 een grote stap vooruit. Het niveau van de collectie blijft stijgen en hij ontwikkelt zich tot een expert. Bij de Herbstsalon, dit is de verkooptentoonstelling die sinds 2000 ieder najaar in Galerie Bel Etage wordt gehouden, verschijnt steeds een catalogus van wetenschappelijk niveau. Deelname aan kunst- en antiekbeurzen volgt, waaronder aan de Biennale des Antiquaires in Parijs. Hiermee wordt Bauers naam internationaal defi nitief gevestigd.

Een uitnodiging van TEFAF Maastricht (The European Fine Art Fair) blijft dan ook niet uit en sinds 2009 is Bauer een vaste deelnemer aan deze meest prestigieuze kunst- en antiekbeurs ter wereld. Conservatoren van vooraanstaande musea, rasverzamelaars en liefhebbers van de Wiener Jugendstil weten er ieder jaar de onberispelijke, met topstukken ingerichte stand van Galerie Bel Etage te vinden. De begeleidende catalogi oogsten veel waardering. Van de jongere generatie, zegt hij, hebben vooral binnenhuisarchitecten een goed ontwikkeld oog. Bauer: ‘Maastricht is uitstekend gelegen voor bezoekers uit alle windstreken. Ik stel een goede persoonlijke relatie met mijn klanten zeer op prijs en op TEFAF ontvang ik er veel.’ De teleurstelling is dan ook groot als hij hoort dat TEFAF Maastricht in maart 2022 geen doorgang kan vinden. De pandemie gooit roet in het eten. ‘Juist voor deze 35e jubileumeditie heb ik lange tijd uitzonderlijke vondsten verzameld. Ik overweeg nu om er een verkooptentoonstelling in mijn Weense galeries van te maken, uiteraard weer met een catalogus.’ En Wolfgang Bauer besluit: ‘Zeker in deze roerige tijd is het belangrijk dat mensen zich door de schoonheid van kunst kunnen laten inspireren en daarin rust vinden. Net als ik.’ 

RESIDENCE NIEUWSBRIEF

Schrijf je hier in voor onze nieuwsbrief.

INSPIRATIE

Over de auteur

Mariëtte Schrader

Back to top